In menig kantoor met hoogpolig tapijt in grote bankgebouwen zal de borrel van
afgelopen vrijdag een zoet tintje gehad hebben.

Klein feestje
Want ongetwijfeld zullen enkelen in gedachten geproost hebben op de Britten,
die vrijdagmiddag instemden met meer coördinatie in het toezicht op banken
in Europa, maar die echt vergaande controle- en sanctiemaatregelen
tegenhielden.

Want dat is wat er feitelijk gebeurde. Na wekenlange onderhandelingen tussen
de 27 lidstaten kwamen afgelopen vrijdag 19 juni alle regeringsleiders
bijeen en stemden in met het oprichten van een Europese toezichtsraad onder
auspiciën van de voorzitter van de Europese Centrale Bank.

Het werd door vooral de Duitsers en de Fransen gebracht als een historisch
akkoord dat nieuwe kredietcrises op een Europese schaal onmogelijk moet
maken. Maar dat is een brug te ver, want daarvoor is het akkoord te mager.

Toezichtsraad
Afgesproken is dat er een raad wordt opgericht die toezicht gaat houden op
risico’s voor het Europese financiële systeem. Deze raad zal geleid worden
door de voorzitter van de ECB. En dus niet de ECB zélf, een belangrijk
verschil.

De Britten wilden namelijk niet dat een Europees instituut op wat voor manier
dan ook boven de eigen Bank of England zou komen te staan. Ook wilden ze
absoluut niet dat een Europese instantie aan de knoppen van de Britse
schatkist zou kunnen zitten.

Uit dit
artikel
van collega Jeroen de Boer blijkt overigens ook wel waarom: de
Britten zouden zelf buitensporig veel belastinggeld moeten aanwenden indien
een Britse bank om dreigt te vallen. Britse banken hebben, zo blijkt,
namelijk vooral leningen en kredieten uitstaan in Groot-Brittannië zelf. De
pijn verdelen over meerdere landen zit er voor Londen niet in.

Belastinggeld
Soms is het nodig om belastinggeld in te zetten om een bank overeind te
houden, maar dat willen de Britten zelf kunnen beslissen. Een mening die
overigens stiekem gedeeld wordt door meerdere regeringen, maar die de
kastanjes publicitair met liefde door de Britten uit het vuur lieten halen.

De nieuwe raad mag problemen bij financiële instellingen constateren indien
die problemen pan-Europese gevolgen kunnen hebben. De raad mag dan een
advies opstellen en sturen aan de centrale banken van de getroffen landen.

Maar daar houdt het mee op; het is dan aan de die centrale bankdirecteuren om
elkaar op te zoeken en gezamenlijk het advies uit te gaan voeren. Maar ze
kunnen het ook naast zich neerleggen.

Typisch EU-compromis
Het akkoord ziet eruit als een lege huls, klinkt als een lege huls, en voelt
aan als een lege huls. Conclusie: het is een lege huls. Maar, zoals met veel
uitonderhandelde zaken: in de ogen van regeringsleiders is het beter dan
niets.

De Franse president Sarkozy sprak publiekelijk de hoop uitsprak dat de nieuwe
raad "vanzelf en in de loop van de tijd meer bevoegdheden zal gaan krijgen,
zoals het altijd gaat", noteerde de Wall Street Journal.

Dus de regeringsleiders hebben er uiteindelijk maar voor gekozen om de lege
huls in ieder geval op te tuigen, om de topontmoeting tussen hen nog iets
van statuur te geven. Nu maar zien of en wanneer Sarkozy gelijk krijgt.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl